En dan is daar het bericht waarvan je wist dat het ooit zou komen, maar waarvan je hoopt dat het nog lang duurt. Negentig jaar mag dan wel een respectabele leeftijd zijn, maar dat betekent niet dat het overlijden van je Italiaanse buurman die je al bijna 50 jaar kent en die als een zio, oom, voor je is, je niets doet. Voor mij het einde van een tijdperk, want zo voelt dat echt. Elk jaar dat we naar Italië gingen, waren zij er, heetten ons welkom, dronken we samen een welkomstglaasje, stopten ze ons vol met lekkernijen, facevamo due chiacchiere, kletsten we bij. Dat was zo in mijn jeugd en dat bleef toen ik met mijn eigen gezin naar het familiehuis ging. Eerste wat je deed is bij hen binnenlopen. Dit keer staat me zijn funerale, begrafenis, te wachten.
Travasare il vino, wijn overhevelen
Later toen mijn man voor het eerst meeging en toen hij nog geen Italiaans sprak, ging hij met de buurman travasare il vino, wijn overpompen van grote damigiane naar gewone flessen om er vervolgens een kurk in te jassen. Ze communiceerden met handen en voeten en hadden een hilarische middag; je moest de wijn namelijk met een slang opzuigen, en ook al dronk je geen wijn, toch werd je er aangeschoten van, zo ervaarde mijn man. Een mooier begin van je verdere vakantieleven als echtgenoot van een Italiaanse, kun je je niet wensen, zo lijkt me
Ci mancherebbe
Ci mancherebbe heeft in deze absoluut een dubbele betekenis. We zouden hem gaan missen, maar het betekent ook letterlijk dat er geen twijfel mogelijk was: ik moest en zou aanwezig zijn. Dus vlucht boeken en gaan. Gelukkig was de begrafenis niet direct de dag na la scomparsa, het overlijden, dus lukt het om op tijd te zijn.
Andare giù
Andare giù, ‘die kant uit gaan’, voelt dubbel. Immers, normaliter staat een verblijf in Italië voor een fijn gevoel. Zowel vooraf, tijdens alsook na afloop. Dit keer zal een vreemde mix worden, dat is bij voorbaat al duidelijk. Vliegen doe ik vanaf Zaventem. Daar start het dubbele gevoel al, immers kort geleden was hier nog l’attentato, die aanslag. Het enige wat daar nog op duidt, zijn de tot de tanden toe bewapende militairen gehuld in kogelvrije vesten. En de herdenkingsplaquette in de centrale hal. Die beveiliging zie ik pas vrij laat omdat ik nog aan het zoeken ben waar ik naartoe moet en dus mijn focus ergens anders op heb liggen. Een vreemde gewaarwording.
Het vliegtuig is vrij leeg, dus feest voor mij: ik besluit een andere plek te kiezen zodat ik onderweg mooie plaatjes kan schieten. Aangekomen in Italia eerst een caffè, en daarna pas de auto ophalen bij de verhuur. Door drukte onderweg arrivo in punta, kom ik stipt op tijd aan, voor de rosario, rozenkrans. In Nederland ben ik niet kerkelijk, maar mijn katholieke opvoeding heeft ervoor gezorgd dat ik toch de juiste dingen op het juiste moment weet te zeggen, ook in het Italiaans, nou ja, meestal dan… De kleine dorpskerk is mudjevol. Onze lieve buurman was geliefd. Dat doet goed.
Mamma mia, quanti santi!; Zoveel heiligen!
Maar goed, de kerkelijke gebruiken. Hoe dat precies allemaal werkt in Italië, weet ik dus ook niet helemaal. Ik verbaas me over de priester die een deel van de dienst een zonnebril op heeft – het is 18.00 uur en donker?! Later begrijp ik dat hij een oogprobleem heeft.
Waar ik ook bijna van in de lach schiet is dat tegen het einde van de dienst zo ongeveer alle heiligen worden opgetrommeld. “Sant’Antonio” zegt de priester. “Prega per noi”, bid voor ons, zeggen de kerkgangers. Sommigen zeggen “Prega per lui”, bid voor hem (onze buurman). Dat gedeelte kon ik goed meedoen. Maar omdat de akoestiek niet al te best is (of wellicht ligt het aan de priester?) mis ik de combi-heiligen. Oeps, daarop moet je dus zeggen “Pregate per noi”, meervoud dus. De heiligen wisselen elkaar in razend tempo af. Mamma mia, quanti santi, wat veel heiligen! Je moet dus je koppie erbij houden en niet op de automatische piloot varen, want dan gaat het mis. Later begrijp ik dat het ook weer een gril is van de pastoor; niet het hele alfabet zoals hij doet, maar slechts 3 tot 5 heiligen zijn gebruikelijk.
Le condoglianze; de condoleances
Condoleren gebeurt na afloop van de rosario, in de kerk, bij de kerkbanken met de naaste familie. Tot mijn verbazing gaat ondertussen een groot deel van de lichten uit. Rare Italiaanse gewoonte! Later blijkt het een gril van die priester te zijn, die wil naar huis… Blij dat iemand dat voor me heeft genuanceerd.
De sfeer bij de familie zou ik die avond haast als opperbest omschrijven. We brengen samen a cena, bij het avondeten, een bijzonder gezellige avond door. Alsof er niets is gebeurd. De volgende dag word ik, kort voor de begrafenis, geacht even mee te lunchen. Alsof de dochter van de overledene niets anders aan haar hoofd heeft, heeft ze voor de uit het buitenland overgekomen parenti, familieleden, een pasticcio in elkaar gedraaid met asparagi, zelf geteeld en daarna ingevroren. Ze staat er op dat ik erbij ben. Squisito, heerlijk! En daarna een zelfgemaakte rollade van konijn. De sfeer is gezellig en ook hier weer heb ik niet echt het idee dat we een uur later het laatste afscheid ingaan.
La camera ardente, de rouwkamer
De buurman is opgebaard in een camera ardente, rouwkamer, bij het ziekenhuis. Voor mij wederom een nieuwe belevenis. Drie dubbele deuren naast elkaar, met naast elke deur het epigrafe, de rouwadvertentie met foto, van de overledene. Het lijkt me iets voor de directe familie, maar door hun aandringen besluit ik toch nog maar even afscheid te nemen van de opgebaarde buurman. Het blijkt een komen en gaan te zijn in die ruimte. Geen extreem bedrukte sfeer, nee, eigenlijk heel normaal. Bij de kist staat ook wijwater waarmee je de overledene kunt zegenen. Ik kijk wat iedereen doet en zie dat het geen verplichting is. Ik laat het er maar bij. Na onze lieve, lieve buurman een laatste groet te hebben gebracht, besluit ik buiten te wachten waar ook een aantal anderen staan.
De kist sluiten, lijkt me iets voor de naaste familie. Groot is dan ook mijn verbazing als op een gegeven moment de deuren half open gaan waarbij de begrafenis-ondernemer met een boor zoveel schroeven gebruikt dat je je afvraagt of ze bang zijn dat onze lieve buurman anders ontsnapt. Hetzelfde ritueel zie ik iets eerder, 1 kamer verder. Zonder gène wordt de kist met een tiental schroeven op hoog toerental gedicht. Waarom dat met open deur gebeurt, is mij een raadsel. Niemand stoort zich er aan, dus het zal wel gebruikelijk zijn, denk ik maar. De boor wordt weer opgeborgen onder de voorstoel van de rouwauto, klaar voor vertrek.
In cimitero
Na afloop van de kerkdienst waarin, en daarop was ik al voorbereid, niet zoals ik in Nederland meestal meemaak, deze en gene een verhaal afsteekt of een speciaal muziekstuk wordt gespeeld, gaan we allemaal richting kerkhof. Maar niet voordat de familie, voor de kerkingang, wederom wordt gecondoleerd door wie niet verder mee gaat.
Alle graven liggen er keurig bij, deels voorzien van passende kerststukjes. Prachtig. Groot is mijn ontzetting als na afloop van de plechtigheid en in het bijzijn van nog een tiental personen, de shovel wordt gestart om het gat dicht te gooien. Ik had het al eerder meegemaakt en veroordeel het als onfatsoenlijk. Hier kraait er geen haan naar. Sterker nog, de familie blijft kijken, al nakletsend met deze en gene. Raar volk die Italianen…
Koffietafel, een kop koffie met een plak cake na afloop, een borrel. Nee, dat kennen ze niet. Vinden ze ook maar raar. Ieder gaat zijns weegs, alleen de stretta famiglia komt bij elkaar in het huis van de overledene. Zo net na kerst en voor de carnaval betekent dat, dat er naast pasticcini, petit fours, ook wordt rond gegaan met panettone en crostoli, het Venetiaanse carnavalsgebak (echt een feest voor mij J). En ’s avonds wordt er natuurlijk ook weer gegeten met la sacra famiglia en met de overgekomen parenti. Die avond zal bij mij de boeken in gaan als een van de gezelligste avonden – ongetwijfeld heeft dat te maken met het feit dat ik de moeite heb genomen af te reizen voor deze oude baas. Zijn menselijkheid, nederigheid en vriendelijkheid heeft hij overgedragen. Addio lieve buurman, ik zal je missen.